- Gespreid beleggen in aandelen is een bekende, gouden vuistregel om de risico’s van grote koersschommelingen van individuele aandelen te dempen.
- Maar er is nog een andere reden waarom gespreid beleggen aantrekkelijk is.
- Beursexpert Hendrik Oude Nijhuis geeft aan waar je op moet letten, als je geld onttrekt aan je beleggingsportefeuille als een vorm van inkomen.
ANALYSE – Als belegger probeer ik een zo hoog mogelijk rendement te behalen tegen een zo laag mogelijk risico op basis van de value-filosofie: daarbij richt ik me op zeer sterke bedrijven (‘compounders’) met een uitmuntende competitieve positie, goede vooruitzichten en met een aandeelhoudersvriendelijk management.
Echter, ook aandelen van dergelijke bedrijven kunnen enorm in koers fluctueren. Meta Platforms bijvoorbeeld, het voormalige Facebook, is een aandeel dat ik zelf in portefeuille heb.
Het aantal Meta noteerde in augustus 2021 op een piekniveau dat zo’n 190 procent hoger lag dan vijf jaar eerder. Vervolgens daalde het aandeel met 75 procent in de eerste helft van 2022, om dan vervolgens vanaf het dieptepunt van oktober 2022 weer met ongeveer 260 procent te stijgen.
Wie van zulke schommelingen niet wakker ligt, behaalde met een belegging in Meta een aantrekkelijk rendement: het aandeel noteert ruim 150 procent boven het niveau van vijf jaar geleden. Maar veel beleggers liggen wel degelijk wakker van zulke schommelingen en zijn geneigd te verkopen op juist het meest ongunstige moment.
Dempen van beweeglijkheid
Spreiding is uiteraard een manier om een beleggingsportefeuille als geheel minder beweeglijk te maken. Verstandig is daarbij om niet enkel gelijksoortige bedrijven in de portefeuille op te nemen - die een vergelijkbaar koersverloop hebben - maar bij voorkeur ook bedrijven met eveneens een aantrekkelijk verwacht rendement, maar met een ander verwacht koersverloop.
Denk bijvoorbeeld aan verzekeraars die juist profiteren van rentestijgingen, waar techaandelen zoals Meta Platforms eerder last van hebben.
Bijkomend voordeel van dergelijke afwijkende bedrijven in portefeuille is dat het aantrekkelijker wordt om aan herbalanceren te doen, waarmee soms extra rendement te oogsten is. Zie bijvoorbeeld ook dit eerdere artikel hierover.
Geld onttrekken aan een stabiele beleggingsportefeuille is minder risicovol
Er is nog een reden om te streven naar zo weinig mogelijk beweeglijkheid van de beleggingsportefeuille, zonder daarbij aan (verwacht) rendement in te boeten. En dat heeft te maken met de tijd van onttrekken van geld aan een portefeuille.
Stel dat je omwille van de eenvoud een beleggingsportefeuille van 1 miljoen euro hebt, waar jaarlijks 60.000 euro aan onttrokken wordt (ga voor het gemak uit van geen inflatie, geen belastingen, enzovoorts).
In scenario 1 is sprake van een jaarrendement van telkens exact 7 procent. Ondanks de jaarlijkse onttrekking van 60.000 euro, neemt deze portefeuille langzaam in waarde toe.
In scenario 2 is het gemiddelde rendement eveneens exact 7 procent, maar fluctueert dit rendement wel stevig: er zijn heel goede jaren maar ook jaren met dubbelcijferige verliezen. Wie in dit geval stug vasthoudt aan het onttrekken van vermogen en de pech heeft met een of enkele slechte jaren te beginnen, zal ondervinden dat de portefeuille in zijn geheel verdampt, ondanks hetzelfde gemiddelde rendement.
Hendrik Oude Nijhuis is medeoprichter van beleggingsfonds ValueMachinesFund en heeft zich jarenlang verdiept in de strategieën van ‘s werelds beste beleggers. Zijn bestseller over Warren Buffett is gratis beschikbaar. De auteur heeft voor eigen rekening aandelen Meta Platforms in bezit.